Live vanuit de meersen
Autobiografisch gekakel van een vermoeide vogelaar
Deel 25 - vrijdag 22 september 2006
Beste vogelkijkvrienden,
Het is spinnentijd... Je kan begot niet buiten komen of er hangen wel een paar webben in je wezen, nog een geluk
dat het nuttige beesten zijn niewaar... Vooral nachtbrakers gelijk ik hebben er nogal last van, constant loop ik die kleverige draden uit mijn oren te pulken, 't is geen zicht ! Kom ik van de trein in het nu bij jullie onderhand wel gekende godvergeten gat Lede, loop ik daar langs de nog groene plaatselijke wijk gelijk een Spiderman door de invallende nacht... Kom ik thuis en ga ik na een alweer zeer bevredigende maaltijd, met veel liefde en nog meer vakkennis door mijn lieve prinses bereid, een zoveelste sigaretje roken, bots ik gedurig frontaal tegen die overigens zeer verfijnde architecturale kunstwerkjes van onze achtpotige vrienden, en ik vind het goed...
Maandagvoormiddag, begin van een nieuwe werkweek; ook voor mijn bevallige echtgenote, na meer dan drie maanden onze Luka Maria te hebben bemoederd, diende ze zich helaas wederom richting het bizarre Brussel te begeven... Zodoende hou ik me nuttig met de kleine spruit, 't is toch een wonder, niet ? Ach, was ik maar schrijver geworden denk ik dan bij mezelf, kon ik elke dag onze zoon 'bevaderen', en terwijl hij dan op zijn speelkussen de meest aandoenlijke geluidjes ten gehore brengt, zit papa een zoveelste stukje neer te pennen, over de meersen,
waar blijkbaar van tegenwoordig enkel kanariepieten te zien zijn, en over Moeke Ria, de onthaalmoeder, waar Luka des middags verblijft, als dat maar goed afloopt... Maar papa is geen schrijver, slechts een grijze bediende die voor den brode elke dag naar 's lands hoofdstad pendelt, life is hard and then you die...
De daaropvolgende woensdag verjaarde onze Luka, drie maanden reeds, het gaat vlug niewaar... !
Als verjaardagscadeau kreeg hij een tweede reeks spuitjes in zijn billetjes geploft, waarschijnlijk omdat een collega van frigide Frieda hem deze keer had gemarteld, was hij de uren nadien 'niet te doen', doch de daaropvolgende nacht leek hij zich van deze barbaarse toestanden al niets meer te herinneren...
Diezelfde veertiende september waren mijn vrouw (wat klinkt dat bezitterig hè...) en ik al reeds acht maanden getrouwd, alsof het gisteren was ! Een dag om nooit te vergeten, op onze eigen manier, zonder kerktoestanden maar wel met een heuse priester, père Norbert zoals we hem plachten te noemen... Emotioneel, vertederend, liefdevol, ambiance tot in de vroege uurtjes... Ik had het in mijn jonge jaren, toen mijn weelderige haardos nog tot aan mijn achterste reikte, niet zo begrepen op die trouwtoestanden, maar een mens verandert niewaar, heb al tegen mijn prinses gezegd dat we binnen een jaar of tien dat nog eens moeten overdoen, als god 't belieft...
Twee dagen voor onze huwelijksverjaardag - niet dat het één te maken heeft met het ander, doch dit, u kan het wel
al vermoeden, andermaal en bovendien wederom, volledig terzijde - had ik zo voor mijn afreis naar het moedeloze Brussel, nog een uurtje 'vrij', waarop ik als de bliksem naar mijn geliefde meersen spurtte... Van enig Sigmaplan nog steeds geen spoor, de dag dat er eindelijk wat meer water te bespeuren valt is onze Luka al aan zijn derde lief toe... Onlangs had ik het lumineuze idee opgevat om Muskusratten te gaan kweken, kon ik ze nadien met duizenden tegelijk loslaten op de Scheldedijk, want wie gaat die Sigmaplannen bekostigen misschien ? De belastingbetaler natuurlijk, of wat dacht ge... En een Muskusrat, dat heeft zo een gat gemaakt, doch genoeg gepalaverd over deze materie, straks zit mijn mailbox weer vol...
Het was warm die dinsdagmiddag, de verhoopte spetter, genre Zwarte Ibis of Klapekster, zat ergens anders; op een paaltje langs de Blokstraat ontwaarde ik een klein vogeltje, doch de zon zat pal in mijn toot, waardoor ik me, de aanhouder wint niewaar, verplicht zag het beestje langs een compleet andere weg te benaderen... Hiervoor diende ik echter met mijn beste schoenen door een overigens zompige weide te ploeteren, na enkele minuten zwoegen - het zweet was me ondertussen langs alle mogelijke gaten uitgebroken - was mijn schoeisel klaar voor het containerpark, ik had evenwel een prachtige Tapuit erbij ! 't Is een hobby... Iets verderop in den Belham nog meer paalvogeltjes, drie nerveuze Roodborsttapuiten alsook drie sympathieke Paapjes, ik kreeg waar voor mijn geld !
Elk jaar ga ik in september op zoek naar Paapjes in de meersen, elk jaar is het prijs, prachtige vogels !
Op de reeds enkele alinea's tevoren aangekaarte gedenkwaardige veertiende september, stond ik op mijn onderhand beruchte en overigens nog steeds volgende maand te onder handen te nemen terras, een zelfgerolde Gauloises te roken, toen op slechts een meter van mij een Kolibrievlinder me gedag kwam zeggen, alsof hij afscheid kwam nemen, tot in 2007 mijn vriend... Even later, op het perron in het..., enfin, in Lede dus, zag ik nog een uitbundige Koninginnepage, mooie beesten hoor ! Een kleine week verder vloog er opnieuw een zandoogje langs mijn tuin, doch ik was te laat en kon er geen juiste soort op plakken, vermoedelijk een Oranje... Zowat elke dag geniet ik van een Dagpauwoog op mijn zonnebloemen (de favoriete bloem van Luka Maria !), af en toe een Distelvlinder, een Gehakkelde Aurelia, een Kleine Vos of een Bont Zandoogje, Indian Summer in het Molenveld...
Het was des avonds en ik zat vol enthousiasme (nou ja), de binnengekomen faxen en mails te behandelen in het prachtige Brussel (...), toen mijn prinses me belde met groot nieuws : de minister van buitenlandse zaken in hoogsteigen persoon was gelijk een ordinaire leurder komen bedelen voor onze stem, onnozelaar ! Ik kom je toch ook niet lastig vallen in je privéwoning, of wel soms ? Voor hetzelfde geld verslikt onze Luka zich in zijn badwater, laat de mensen gerust godverdomme ! De minister en ik, we hebben op dezelfde school gezeten, maar dat mag geen excuus zijn...
Er ligt weeral eens een factuur van de garage op mijn bureau, te wachten op betaling... En vorige week ook al één, van wel 286 euro meneer ! 't Wordt dus wel hoog tijd dat onze Polo naar Polen verhuist... Mijn prinses en ik, we hebben onze zinnen gezet op een Touran, want met twee kinderen en hun bijhorend gerief heeft een mens wel wat plaats nodig natuurlijk, om nog maar te zwijgen van mijn telescopen... Jaja, mijn familie heeft me voor mijn veertigste vejaardag een nieuwe telescoop beloofd, en de oude wil ik niet wegdoen, want dat is er eentje met geschiedenis... Als tweedehands gekocht van de betreurde Thierry De Schuyter, die er in 1984 de eerste Blonde Ruiter van Belgïe mee zag, 't zal niet zijn zeker... ! Al vlug na de aankoop bekleedde ik mijne goeie ouwe Kowa met allerlei vogelzelfklevers; op een dag stond ik eens te observeren in het Des Heren Meers, toen ik eendenspecialist Michaël Moors tegen het lijf botste; hij nam me mee in zijn gammel tweepeekaatje, op zoek naar een Beflijster in de Broekmeers die hij er even tevoren had gespot... Helaas, zonder succes. Jaren later liep ik Michaël opnieuw tegen het lijf, mijn naamde kende hij niet meer, doch de heer Moors sprak toen de historische woorden : "ik heb u herkend aan uwen telescoop, met al die plakkers..." ! 't Is een hobby...
Vorig weekend was het weer eens hoog tijd om mijnen hof onder handen te nemen... Terwijl we met vereende krachten enkele zware biels op een symmetrisch verantwoorde wijze langs de border legden, zeilden boven onze hoofden twee wijven Bruine Kiekendief, even later nog een vogel, doch met het tegenlicht kon ik er niet veel van maken, een onvolwassen beest allicht. Voor het eerst deze nazomer was ook de Grote Gele Kwikstaart weer van de partij. Ergens einde jaren negentig, toen ik bezig was met een inventarisatie van deze kwieke soort, belandde ik hier in de buurt, want met Molenstraat, Kleine Molenstraat en Molenbeek, kon het niet anders of ergens moest hier ooit een watermolen geweest zijn ! Weinig kon ik toen vermoeden dat ik hier later op deze plaats een gezinnetje zou stichten ! Ik heb nog steeds die molen niet gevonden, doch de Grote Gele wordt wel op regelmatige tijdstippen bewonderd, alhoewel van broeden voorlopig geen sprake is...
We schrijven 21 september, begin van de herfst, alhoewel, met het schone weer nog volop zomer, laat ze maar doen... Des nachts, kwart voor één, hoor ik op nauwelijks enkele meters, hier in den bos achter ons, een alarmerende Bosuil ! Later die dag, nog eens vlug naar de meersen, langs de Blokstraat zit nog een Tjiftjaf zijn waarheid te verkondigen, op de paaltjes van de (eindelijk gemaaide) Vliegerkesweide zit een prachtig getekend mannetje en een al even koket vrouwtje Tapuit; boven Langendonk bidt een Torenvalk voor alle heiligen, achtervolgt een Sperwer een Zwarte Kraai en dartelt de Slechtvalk zich onnozel gelijk een jonge hond... Met een zowaar tevreden gemoed trek ik richting Brussel, hoofdstad der werkende mens...
tseef